We komen thuis van twee keer een
uur rijden en twee keer 20 minuten hockey. De meisjes hebben kansloos verloren
met 9-1. Lot is de enige van het team, die een volledige wedstrijd heeft gespeeld,
omdat de anderen moe waren, geen zin hadden of geblesseerd waren. Best
vermoeiend, zeker als je bedenkt dat ze er fanatiek tegen aan gaat. Na het
eindsignaal is Lot ontroostbaar en huilt dikke tranen: “We gaan noohooit
winnen….”
Het enige wat Lot in dit soort gevallen opbeurt is ‘moodfood’. En in noodgevallen,
zoals vandaag, mag ze haar eigen eiersalade maken. Zo kikkert mevrouwtje
langzaam op. Pien vindt het niet te bikken, daarom nog een home-made
groentesoepje om het feest compleet te maken. Ondertussen belt manlief om te
vertellen dat hij later thuis is, omdat er een weg is afgesloten. Ik zeg
ongemerkt “Jezus”, het floepte er gewoon uit. Dit is onbedoeld een startsein voor
Pien: “Jezus is het kindje van God ennuh we mogen God wel heel erg dankbaar
zijn, want hij heeft er voor gezorgd dat alle planten er zijn…”
Nog voor ik
hiervan ben bekomen gooit ze er nog een ‘in-de- naam-van-de-vadertje’ uit,
inclusief het heilige kruis en zegt: “Ja, zo kan ik even praten met God… en kan
ik hem gewoon even vertellen dat ik dankbaar ben voor alles wat hij heeft
gemaakt.” Lot heeft blijkbaar een minder roomse juf, maar kletst gewoon lekker
mee en zegt: “Ja, we moeten God echt heel dankbaar zijn, want hij heeft de
snoepjes en de supermarkten gemaakt.” En Pien begint daardoor ook de smaak te
pakken te krijgen en vindt dat we Hem ook dankbaar moeten zijn voor de
knutselspulletjes, de strijkkralen, de barbies, etc.... “
En ik kijk verbaasd naar twee biddende
meisjes die tegen elkaar opbieden en honderden dingen noemen waarvoor ze
allemaal dankbaar zijn… Het is een volledige waslijst inclusief hond, paps en
mams. En ik ben eigenlijk wel heel dankbaar voor mijn dankbare dochters…. Amen